Ad,
Vele woorden zijn gesproken,
vele stiltes werden toegestaan,
een lange tijd van wachten
op het onherroepelijke.
Je stem viel af en toe weg,
afgelopen week sprak je niet meer,
de laatste woorden: dank dat jullie er zijn,
Ik bewonder jullie zorg.
De maandag voor de tweede hersenbloeding
gaf ik hem een mandarijn met een glas water,
“ik hoop, dat het niet lang meer duurt”,
zei hij met een glimlach.
Het gaat om de orthopraxis, niet om de orthodoxie,
aandacht voor elkaar, kiezen voor elkaar
ook in moeilijke of spannende momenten,
niet loslaten, er zijn; zijn levensmotto.
Deze prachtmens droeg dit uit in gesprekken,
tijdens zijn preken en voorgaan in de liturgie.
Ieder van ons kan dit persoonlijk inkleuren.
Vandaag doet de herinnering pijn.
Ad, de gelovige liturg, prijst God
om wat hij anderen gegeven heeft
aan bezorgdheid, aandacht en liefde
en ontvangen heeft aan vriendschap.
Onzeker over wat we niet kunnen weten,
achter de dood, achter de horizon
van dit rijke leven, eeuwig zijn,
bidden wij voor Ad, nu slechts lijfelijk aanwezig.
Moge de Eeuwige hem een plek geven;
Hij gaat terug naar Hem,
waarop hij zijn leven gebouwd heeft
van waaruit hij familie en vrienden
vriendschap gegeven heeft, dankbaar
voor alle genegenheid, die hij ontving.
Ad, het is goed zo, verlaat ons
als een tevreden en gezegend mens.
John Schreurs